Veel managers denken dat hun kennis en vaardigheden universeel inzetbaar zijn. Ze beschouwen “manager” als een beroep dat om het even in welke branche kan worden ingezet. Kennis van de materie en branche waarin ze acteren vinden ze van minder belang, daar hebben ze immers hun mensen voor.
Daar zit natuurlijk een zekere waarheid in. Een goed opgeleide manager (maar hoeveel zijn dat?) beschikt immers over specifieke kennis en vaardigheden die hem het managen mogelijk maken. Daarnaast is het, zeker in een professionele omgeving, niet gewenst dat de manager zich inhoudelijk met het werk bemoeit.
Zolang de manager alleen manager hoeft te zijn en geen leider hoeft gebrek aan materiedeskundigheid niet tot ernstige problemen te leiden.
Een leider echter is leider omdat hij als zodanig wordt erkend door zijn medewerkers.[i] En erkenning drijft onder andere op materiedeskundigheid. Materiedeskundigheid is de basis waarop een leider zijn visie neerzet, het is de grondslag voor zijn overtuigingskracht. Een leider kan geen richting geven, kan de markt niet juist inschatten en kan niet vaststellen welke wegen moeten worden bewandeld, welke veranderingen noodzakelijk zijn als hij kennis van de specifieke branche ontbeert.
In Avanta[ii] schrijft Anne Pek over haar ervaringen met haar nieuwe leidinggevende. Zij spreekt daarbij haar twijfels uit over het ontbreken van vakkennis bij leidinggevenden. Haar baas denkt daar anders over. Zoals zoveel bazen, zeg maar.
Ze eindigt haar artikel met de zin: "vreemd alleen dat ik steeds weer dingen lees die me aan dit inzicht doen twijfelen".
Het hoeft geen betoog dat ik haar twijfel deel. Sterker nog, ik ben van mening dat materiedeskundigheid een van de peilers van alle leiderschap is.
Merkwaardig is dat managementliteratuur geheel aan dit fenomeen voorbij gaat. In de praktijk van alle dag is het bewijs dat materiedeskundigheid er wel toe doet juist in overstelpende mate aanwezig. Alle " deskundigen" lezen er kennelijk overheen. Ze zien het niet. Maar, lees eens wat vacatures voor om het even welke leidinggevende positie. Hoe vaak ontbreekt de eis betreffende “relevante werkervaring”? Zelden! Onvoorstelbaar dat dit tegelijkertijd niet naar waarde wordt geschat.
Een van mijn gewezen werkgevers, Balance, richt zich onder andere op de detachering van mensen in de techniek, en dan nog met name in de bouw- en civiele techniek. Nu het slecht gaat in de ICT-branche reageren er opeens tientallen ICT´ers op functies als projectleider. In de (civiele) bouwtechniek welteverstaan. Zij komen niet in aanmerking voor de gevraagde functies gezien hun gebrek aan relevante werkervaring. Maar natuurlijk bellen er enkelen omdat zij van mening zijn dat ze vooral projectleider zijn en dat zij dit in een andere branche even goed kunnen zijn als in de ICT.
Relevante werkervaring, branchekennis, materiedeskundigheid, ze doen er wel degelijk toe.
In zijn artikel Managersmentaliteit dat door Anne Pek wordt aangehaald beschrijft Bas Heijne[iii] het falen van de Nederlandse Spoorwegen en met name de rol van Jan Timmer daarin. Hij schrijft in zijn slotalinea:
"Een keiharde schop onder zijn kont, zou ik zeggen. Maar de realiteit van het moderne Nederlandse zakenleven is anders. Van een afstand mag Timmer de indruk wekken van een botte klootzak met een egoprobleem, binnen de wereld van het Hollandse topmanagement blijken dat juist uitgelezen kwaliteiten. Deze krant meldde dat de tot opstappen gedwongen president-directeur Huisinga erop rekent dat hij elders wel weer aan de bak komt. En Timmer verklaarde monter dat hij zich meer op zijn andere commissariaten gaat toeleggen, onder andere bij Shell en ING."
Het feit dat incompetente managers her en der door kunnen stoten naar de top was voor mij ooit een van de drijfveren om na te gaan denken over het thema “leiderschap”. Deze site is daar de vrucht van.
Tot slot nog dit. In haar artikel schrijft Anne Pek over de meningen van haar baas:
"De sense of belonging ontbreekt een beetje bij Elsevier. Als het aan hem ligt, gaat dat echter veranderen. Krijgt Elsevier weer een ziel. Wat dat betreft verwacht hij veel van de recentelijk opgestelde values die hij onlangs hoogstpersoonlijk is komen toelichten."
In enkele van mijn artikelen[iv] heb ik de zin en onzin van gediversifieerde bedrijven beschreven. Bovenstaande uitlatingen klinken typisch als de gediversifieerde firma die de keuze voor zelfstandigheid van haar eenheden nog niet consequent heeft doorgevoerd. Ook weer, zoals velen.
Diversifiëren ook zo´n misverstand (lees de artikelen in de voetnoot).
Gaat dit stukje over de vraag uit de titel? Ja, het cirkelt er omheen. Nu nog een antwoord.
Is manager een beroep? Ja, manager is een beroep. Om als manager goed te kunnen functioneren is kennis en vaardigheid op het vakgebied management onontbeerlijk. Maar, een manager wordt alleen een leider als hij beschikt over materiedeskundigheid. En als een manager overstapt naar een andere branche dan doet hij er goed aan zich heel snel die branche eigen te maken. Anders ontbeert hij geloofwaardigheid en daarmee legitimiteit. En, zonder legitimiteit is een manager een manager, geen leider. Nooit!
Bergschenhoek, 25 maart 2002