Er zijn veel boeken waarin een uitgangspunt wordt gehanteerd, dat zelf onbesproken blijft. Namelijk het uitgangspunt dat een bedrijf moet streven naar marktleiderschap.
Enkele voorbeelden Treacy & Wiersema geven in “The Discipline of Market Leaders” een aantal strategieën om marktleider te willen worden, Ogilvie gaat er in zijn boek “Krijgskunde en ondernemingsstrategie” vanuit dat bedrijven elkaar bestrijden en willen verslaan, daarmee komt hij op zijn analogieën met de krijgskunde, in de blauwe oceanen van Chan en Mauborgne openen zich volledig nieuwe markten waarmee je automatisch marktleider wordt.
De vraag is echter of dat nou wel nodig is, en of het voordelig is om marktleider te willen zijn. In vrijwel iedere markt (wellicht met uitzondering van een enkele blauwe oceaan) zie je meerdere spelers, soms tientallen, soms tienduizenden. Er kan er maar één marktleider zijn. Het klinkt mij niet logisch in de oren om dat te willen zijn. Als iedereen dat wil dan zou er sprake zijn van een dodelijke concurrentie, waar niemand wel bij vaart. En, als je eenmaal marktleider bent, wat is dat dan waard. Is dat wel een waarde op zich? Ik betwijfel het.
Je zou nog kunnen betogen dat het vinden van een nichemarkt, waar je een beperkt aantal klanten een heel specifiek product op een hele specifieke manier levert, ook een markt is. En dat je daarin ook marktleider kunt zijn. Oké, maar dan heb je het wel over hele kleine markten. En, als je de niche maar specifiek genoeg benoemt, dan ben jij de enige partij in die markt. Je bent dan automatisch marktleider. En dan? Ook dan mag je jezelf marktleider noemen. En, wat is dat waard? Waarom is dat zo begerenswaardig? Ik zou het niet weten.
Kennelijk is het helemaal niet zo erg om geen marktleider te zijn. Als je ziet hoeveel partijen een goede boterham halen uit markten waar de concurrentie groot is en waar vrijwel niemand marktleider is. Kortom, streven naar marktleiderschap, is geen doe dat als doel, op zich moet worden nagestreefd.
Ik heb weleens ergens een schampere opmerking gelezen dat partijen die er niet naar streven om marktleider te willen zijn zichzelf veroordelen tot middelmatigheid. Ik zie geen ondersteunende argumenten voor die zienswijze. Immers, als er maar één marktleider kan zijn in een markt, dan betekent dat toch niet automatisch dat alle andere spelers middelmatig zijn, toch? En, als je niet streeft naar marktleiderschap, dan wil dat toch ook niet zeggen dat je niet zou streven naar een hoge kwaliteit, naar innovatie, naar klanttevredenheid?
Al met al, blijft er van het nut van marktleiderschap weinig over.
Dit blog is eerder op mijn oude blog geplaatst