Vakmanschap bereik je door te oefenen, door fouten te maken, successen te boeken en daarvan te leren. Vakmanschap bereik je vooral door je vak uit te oefenen, door te doen.
Kwaliteit bereik je door het uitoefenen van vakmanschap. Vakmanschap is vaak onzichtbaar, slechts weinigen hebben oog voor wat goed is bedacht en uitgevoerd, wat goed is gemaakt. Velen zien het wel als iets fout is gegaan (of schijnbaar fout is gegaan). En als iets fout is gegaan, dan vinden we het al gauw geklooi. Als iets goed is gegaan valt dat vaak nauwelijks op. Soms kunnen alleen ontwikkelde vakgenoten zien hoe knap het is dat jij hebt gerealiseerd wat je hebt gerealiseerd.
Doordat fouten zo zichtbaar zijn, krijgen die vaak heel veel aandacht.
Ja gaat het pas zien als je het doorhebt, zoals Cruijff zei. Je moet jezelf een vak hebben eigen gemaakt om te zien wat goed/knap is. En dat vak leer je door vallen en opstaan.
Kwaliteitsdenken, zoals rond ISO-normeringen leeft, richt zich zelden op vakmanschap, maar wel op de regels en procedures er omheen. Een kreet als “in één keer goed” hoort daarbij. De veronderstelling is dat kwaliteit vanzelf volgt als je de regels en procedures correct volgt. Eigenlijk richt ISO zich daarmee via een omweg op fouten. Want, met ISO wil men fouten voorkomen.
Ja, via ISO kan je in het beste geval fouten voorkomen, omdat mensen de regels en procedures volgen. Als mensen de regels en procedures volgen…
Maar, als mensen opgevoed worden in het volgen van regels en procedures, dan is het gevaar levensgroot dat ze geen vakmanschap meer ontwikkelen. Ze krijgen niet meer de kans om te ontdekken door te doen, door te oefenen.
Kortom, de ontwikkeling van vakmanschap staat op zeer gespannen voet met ISO-certificering en ISO-denken. Daarmee komt het realiseren van kwaliteit juist in gevaar. Met ISO-denken bereik je hooguit (op zijn best) de ondergrens van de vereiste kwaliteit en daarmee middelmatigheid.
Hoe meer het kwaliteitssysteem bindend voorschrijft, hoe meer het “hoe” wordt vastgelegd, hoe nijpender het probleem. Veel kwaliteitssystemen blokkeren excellentie.
Dit ook al omdat in het kwaliteitsdenken de scheiding tussen denkers en doeners uitgangspunt is. Immer, de vanuit ISO verplichte managementbeoordeling veronderstelt aparte managers die vanuit hun status een bepaalde evaluatie worden geacht te doen.
Oh ja, voordat iemand dat als tegenwerping brengt, natuurlijk richt ISO zich ook op het verbeteren van leren rond fouten, evaluaties, e.d., maar dit doet niets af aan de kern van mijn betoog.
En, nog een "oh ja", als je bang bent dat onervaren mensen onnodige en grote brokken maken door hen te veel vrijheid te geven om te leren, dan is het oude meester-gezel-model zo gek nog niet. Koppel onervaren krachten aan ervaren krachten, dan is er ook een vangnet.
En, tot slot: fouten worden er toch gemaakt. Overal en altijd. Geen probleem, als je de gevolgen van die fouten maar weer oplost en als je er vakmanschap door ontwikkeld door ervan te leren.